Metabool syndroom

metabool syndroomHet metabool syndroom is een verzamelnaam voor een combinatie van verscheidende gezondheidsproblemen die het metabolisme (=stofwisseling) beïnvloeden. Het wordt hierdoor vaak een stofwisselingsaandoening genoemd.
Het metabool syndroom wordt ook wel het insulineresistentiesyndroom en syndroom X genoemd.

De grootste oorzaak van het metabool syndroom is een ongezonde leefstijl en ongeveer 80% van de mensen met overgewicht en 25% van de mensen met een gezond gewicht hebben er last van. In ~10% van de gevallen is het genetisch bepaald.
Leeftijd beïnvloed de kans op het metabool syndroom, dit doordat het lichaam “slijt” door de jaren heen. Een slecht dag- en nachtritme verhoogt ook de kans. De exacte oorzaak hiervan is nog onbekend, maar onderzoekers vermoeden dat dit komt doordat het erg zwaar is voor het lichaam.

Er wordt gesproken van het metabool syndroom als iemand minimaal 3 van de volgende gezondheidsproblemen heeft:

  • Insulineresistentie, de bloedglucosewaarde is nuchter hoger dan 6,1 mmol/l (dit wijst op prediabetes, de voorvorm van diabetes type 2).
    Meer dan 90% van de mensen met metabool syndroom hebben hier last van.
    De voorfase hiervan is hyperinsulinemie, dit is alleen meetbaar als je insulinespiegel gemeten wordt, en die kan wel wel al 20 jaar verhoogt zijn voordat je bloedglucosewaarde omhoog gaat doordat je lichaam nog jaren lang extra insuline kan aanmaken om ervoor te compenseren.
  • Hoge bloeddruk (hoger dan 140/90).
  • Atherogene dyslipidemie, hierbij hebben mensen een laag HDL cholesterol en een hoog triglyceridengehalte (bloedvetten gehalte).
  • Een taille van 94+ cm voor mannen en 80+ cm voor vrouwen. Dit gaat vaak samen met overgewicht.

Het metabool syndroom heeft weinig symptomen en er wordt vermoed dat bijna een kwart van de “gezonde” volwassenen er last van hebben. Zo uit een hoge bloeddruk zich bijvoorbeeld vaak alleen in hoofdpijn en geeft prediabetes alleen maar een aantal vage klachten die vaak over het hoofd worden gezien door doktoren. Orgaanvervetting zoals leververvetting voel je vaak ook pas als het al erg gevorderd is, want iedereen is wel eens moe of heeft een beetje last van buikpijn. Mentaal minder scherp worden is iets wat velen verwachten met het ouder worden, maar dit kan ook een symptoom zijn.

Naast het gebrek aan symptomen is het metabool syndroom extra gevaarlijk, omdat de gezondheidsproblemen zichzelf en elkaar in stand houden en elkaar ook nog eens versterken.
Zo zorgt een hoge bloeddruk voor aderverkalking en dit dichtslibben van de aderen zorgt er weer voor dat het bloed moeilijker kan stromen en dat de bloeddruk nog hoger wordt. Dit verhoogt de kans op een hartaanval.

HDL cholesterol is het “goede” cholesterol dat ervoor zorgt dat het “slechte” LDL cholesterol door de aderen wordt vervoerd. Als dit dus te laag is, kan het z’n werk niet goed doen en blijft het LDL cholesterol aan de aderwanden plakken. Het gevolg is nog meer aderverkalking en een nog hogere bloeddruk.
Veel geraffineerde voeding eten (en een slechte leefstijl) zorgen voor meer triglyceriden in het bloed die ook voor aderverkalking zorgen, vooral als het HDL te laag is.

Een te grote taille kan voor insulineresistentie zorgen en insulineresistentie vergroot de taille.
Insuline zorgt ervoor dat glucose (koolhydraten/suikers) uit ons eten en drinken wordt opgeslagen als glycogeen (=energie) in onze cellen of direct wordt gebruikt voor het functioneren van de cellen, weefsels en organen. Bij insulineresistentie kunnen de cellen de glucose echter niet goed meer opnemen (doordat ze vaak al propvol zitten) en blijft dit gedeeltelijk in het bloed achter. Het lichaam reageert hierop door nog meer insuline te produceren om voor het gebrek van insuline in de cellen te compenseren. Dit is een probleem, omdat uit onderzoek blijkt dat een teveel aan insuline ervoor zorgt dat er extra vet wordt opgeslagen in het lichaam.
Overgewicht vormt zich bij de meesten vooral op de buik en in en tussen de organen. Dit orgaanvet (=visceraal vet) zorgt er ook voor dat het lichaam minder goed reageert op insuline waardoor het weer meer insuline gaat aanmaken en er nog meer buikvet komt. Zo krijg je een vicieuze cirkel.
Onvoldoende bewegen verhoogt de insulineresistentie nog meer en uiteindelijk raakt het lichaam uitgeput en ontstaat er diabetes mellitus type 2 (type 1 is een auto-immuunziekte). Als diabetes niet goed behandeld wordt, ontstaan er veel problemen zoals hart- en vaatziekten, orgaanproblemen, oogproblemen en zenuwproblemen. Dit kan o.a. leiden tot blindheid, slechte wondgenezing, hartfalen, nierproblemen en zelfs amputaties van de voeten en handen.
Door ongezond te eten met veel snelle koolhydraten, moet het lichaam meer insuline maken dan bij gezonde maaltijden met veel vezels en voldoende gezonde vetten (uit bijvoorbeeld noten, zaden, pitten en olijven). Vezels en vetten zorgen er namelijk voor dat je lichaam het voedsel minder snel opneemt en er dus minder insuline nodig is. Eet ook genoeg eiwitten zodat je nog minder snel trek krijgt en minder snel teveel eet.
Onder diabetes type 2 valt ook ouderdomsdiabetes. Dit ontstaat meestal pas na het je 70ste en dit komt doordat het lichaam gewoonweg versleten is.

De verschillende gezondheidsproblemen versterken elkaar.
Zo verhoogt het risico op een hartaanval met 2,5 keer als iemand diabetes of een hoge bloeddruk heeft. Als iemand beide heeft, is dit risico 8 keer zo hoog.
Atherogene dyslipidemie alleen al verhoogt het risico met 16 keer. Als iemand echter alle 3 heeft, dan is het risico 20 keer zo hoog als iemand zonder deze gezondheidsproblemen.

De neerwaartse spiraal van gezondheidsproblemen en -klachten van het metabool syndroom is gelukkig voor de meesten te stoppen. Door je leefstijl te verbeteren, door slimmer te eten, voldoende te bewegen, voldoende te slapen en tijd te maken voor ontspanning en stressvermindering, wordt het gewicht meestal vanzelf minder en verminderd het metabool syndroom aanzienlijk. Het kan zelfs volledig verdwijnen. Hiernaast kan medicatie helpen om bv. de bloeddruk te verlagen totdat je lichaam weer in balans is.
Het metabool syndroom is door de meesten te voorkomen door op gewicht te blijven en een gezonde leefstijl te hebben.
Heb je wat hulp nodig? Maak vandaag nog een afspraak.

Luister ook naar:

Light en Mager

lightLight en magere producen.
Wat zijn het, wat zijn de voor- en nadelen en bevatten sommige nu wel of niet gevaarlijke stoffen?
Ik krijg er vaak vragen over en ik hoop ze met dit stukje te kunnen beantwoorden. Laat het mij weten als je nog iets mist.

Wanneer is een product light?

Een product mag de naam light gebruiken als het minimaal 30% minder vet OF suiker OF calorieën bevat.

Wanneer is een product mager?

Het bevat minder vet. De hoeveelheid verschilt per product. Zo bevat volle melk minimaal 3.5% vet, magere melk maximaal 0.5% vet en mag rundergehakt mager genoemd worden als het minder dan 15% vet bevat.

Hoe wordt de smaak behouden?

Vet wordt vaak vervangen door suiker en suiker door vet of zoetstoffen. Hierdoor kan het dus zijn dat het aantal calorieën van het product niet veel minder is en soms zelfs meer. Bij de meeste zuivelproducten en (fris)dranken heeft de light of magere variant minder calorieën, maar het hoeft niet. Het is daarom erg belangrijk om de etiketten te vergelijken.

Zijn zoetstoffen gevaarlijk?

Zoetstoffen zijn 1 van de meest geteste stoffen ter wereld en in normale hoeveelheden veilig.
Het E-nummer betekend dat het is goedgekeurd door de Europese Commissie over voedselveiligheid. Alleen mensen met de ziekte PKU moeten aspartaam en neotaam vermijden.

Het advies is om maximaal 2-3 producten met zoetstoffen per dag te nemen en daar kom je makkelijker aan dan je denkt aangezien het in heel veel producten zit (zie zoetstof).
Minder is natuurlijk altijd beter, want het wordt vooral in grote hoeveelheden in verband gebracht met een slechter darmmicrobioom (scholar), een hoger risico op hart- en vaatziekten en zelfs met kanker.

Wat zijn de voordelen van light en magere producten?

  • Goede light en magere producten bevatten een stuk minder calorieën (hoewel deze niet 100% nauwkeurig zijn). Zo houd je meer ruimte over in je dieet voor andere producten en dit is uiteraard vooral handig tijdens het afvallen. Ook wil je niet teveel suiker binnen krijgen, want dat is gelinkt aan o.a. leververvetting en overgewicht. Voor meer informatie hierover zie Tips om suiker te minderen.
  • Er zit meer oestrogeen in volle zuivelproducten. Deze zijn bij zeer grote hoeveelheden (liters per dag gedurende langere perioden) onder andere gelinkt aan een grotere sterftekans voor mensen met borstkanker.
  • Magere zuivel bevat verhoudingsgewijs meer eiwitten wat handig kan zijn als je hier wat meer van nodig hebt.

Wat zijn de nadelen van light en magere producten?

  • Vet wat van nature in een product voorkomt, is niet slecht. Alleen toegevoegde vetten, en dan vooral gemaakte/chemische transvetten, zijn “slecht”.
  • Volle producten bevatten vaak meer vitamines en mineralen dan magere varianten. Deze worden soms wel aan magere producten toegevoegd.
  • Volle (zuivel)producten verzadigen beter waardoor je over de gehele dag vaak iets minder eet dan dat je light of magere producten gebruikt (dit geldt niet suikerrijke dranken en sappen).
  • Magere producten hebben minder smaak.
  • Mensen eten vaak meer van iets, omdat “het toch light is” en krijgen daardoor alsnog meer calorieën binnen.
  • Je kan extra trek krijgen van zoetstoffen. Het lichaam denkt namelijk dat er calorieën binnenkomen, maar die komen er niet. Het lichaam gaat er dan alsnog om “vragen” met als gevolg dat er vaak verkeerd wordt gesnackt. Als je hier last van hebt, eet dan altijd iets als je een light drank drinkt of drink ze natuurlijk gewoon helemaal niet.
  • Light producten zijn veilig, maar zitten vaak vol met extra toevoegingen om de smaak te behouden. Sommige mensen kunnen hier gevoelig voor zijn, veel toevoegingen zijn ongezond en ik vind ze vaak een vieze nasmaak hebben dus ik neem ze gewoon niet.

Conclusie

In een gezonde leefstijl is er ruimte voor alles. Zowel mager als vet en light en “normaal”.
Het is belangrijk dat je een balans vindt tussen de producten waarmee je calorieën kunt besparen en die je gewoon lekkerder vind en die beter vullen. Zo kan je gerust een beetje roomboter op brood gebruiken als je, net als mij, halvarine maar niks vind.
Ik raad je wel aan om zoveel mogelijk PuurGezond te eten en de producten met veel toevoegingen te vermijden. Deze producten vullen vaak maar amper en bevatten zelden nuttige voedingsstoffen (zie ook Deverslavende” werking van suiker, vet en zout).
Het is wel, wat betreft calorieën, beter om de light varianten van frisdrank en sappen te drinken. Het is natuurlijk nog beter om water, suikerloze thee en/of koffie te drinken en groente en fruit te eten.
Af en toe een glaasje (bij een maaltijd zodat je er geen extra honger van krijgt) kan echter geen kwaad.

Luister ook naar Waarom je suiker en zoetstoffen het beste kunt minderen.

Hier kan je alle E-nummers vinden.

De “verslavende” werking van suiker, vet en zout

Op een gezond gewicht komen hoeft niet moeilijk te zijn, maar voor veel mensen zijn de eerste weken van het aanpassen van hun eetgewoonten het moeilijkste. Dit komt gedeeltelijk doordat ze anders gaan eten en opeens veel bewuster zijn van wat ze nu allemaal laten staan. De voornaamste reden is echter het “afkicken” van toegevoegde suikers, vetten en zout.

 

 

suikervetzout

 

Voedingsmiddelen met een combinatie van deze 3, in de juiste verhoudingen, zijn nog het moeilijkst te weerstaan. Denk maar eens aan een lekkere zak chips of een pak koekjes. Voor je het weet zijn ze op.
Voedselproducenten maken hier maar al te graag gebruik van en dat maakt het op gewicht blijven nog moeilijker dan het voor de meesten al is. Naast de combinatie van deze ingrediënten,  in de juiste verhoudingen, hebben ze zelfs onderzoek gedaan naar de juiste hard- of zachtheid van producten en hoe lang het bijvoorbeeld duurt voordat het in je mond uit elkaar valt.
Zowel de hersenen en het lichaam reageren op deze combinaties en het geeft mensen (en dieren) een goed gevoel en het is “lekker” makkelijk. Deze reactie is natuurlijk niet hetzelfde als bij een nicotine-, alcohol- of drugsverslaving en de afkickverschijnselen zijn dan ook veel minder extreem. Deze uiten zich voornamelijk in “lekkere trek”, hoofdpijn en een flauw gevoel, maar sommigen hebben er erg veel last van en voelen zich een paar weken niet 100%.
Met wilskracht kan je ver komen, maar vooral op stressvolle dagen lijkt het onmogelijk om niet terug te vallen op de oude eetgewoonten. Gewoonten spelen hier dan ook een belangrijke rol. Je bent tenslotte gewend om iets “lekkers” te pakken als je gestrest bent. Dit kan zowel tijdens positieve als negatieve stress zijn.

 

Negatieve stress: je baas heeft je een uitbrander gegeven.
Positieve stress: je baas heeft je een salarisverhoging gegeven.

In beide gevallen zijn veel mensen geneigd om iets te pakken met een combinatie van suiker, vet en zout en dit kan leiden tot emotie-eten. Door bewust te worden van dit soort gewoontes kan je jezelf een vervangende gewoonte aanleren zodat je bijvoorbeeld een volkoren cracker met kaas neemt in plaats van een zak chips en je je zoete trek stilt met een lekker stukje fruit. Je kan ook je aandacht van afleiden door iets leuks te gaan doen met vrienden of door een wandeling te maken (waarbij je niet langs een snackbar loopt).

Het is belangrijk om erbij stil te staan dat deze producten speciaal ontworpen zijn om verkocht te worden en zolang iedereen ze blijft kopen, zullen de fabrikanten niks veranderen aan het recept. Ze weten dat we nou eenmaal moeten eten en ze maken het natuurlijk zo verleidelijk mogelijk om voor hun producten te gaan.  Die helaas funest zijn voor onze gezondheid. 

Nu hoef je niet alle producten met suiker, vet of zout te vermijden. In fruit zit tenslotte ook veel suiker. In fruit zitten echter ook veel vitamines, mineralen en vezels (vanwege de grote hoeveelheid fruitsuikers kan je het wel beter bij maximaal 300 gram vers fruit houden en maximaal 20 gram gedroogd fruit per dag).
Ook vet is erg belangrijk. Zo moet minimaal 20% van ons voedsel uit vetten bestaan zodat we de vitamines A, D, E en K kunnen opnemen. En zout hebben we onder andere nodig voor ons vochtbalans. Ook zijn suiker en zout soms nodig om producten langer houdbaar te maken. Denk maar eens aan kaas en jam. Het probleem zit in de producten waar suiker, vet en zout nog eens extra aan toegevoegd worden zodat we ze nog lekkerder vinden. Vooral suiker wordt vaak in verscheidene vormen toegevoegd.

Ik wil je dan ook aanraden om de volgende keer dat je een pak koekjes wilt kopen eerst eens naar de ingrediëntenlijst op de verpakking te kijken. Ik durf te wedden dat je naast de bekende “suiker” ook ingrediënten tegenkomt die eindigen op -ose, -siroop en/of -stroop. Dit zijn allemaal vormen van suiker (zie ook Tips on suiker te minderen).  Ook kom je veel soorten vetten tegen in de vorm van diverse oliën. Kijk ook eens naar de ingrediëntenlijsten van kant-en-klaarmaaltijden en sauzen en dergelijke. Ik wil de meerderheid niet eens kopen,  want de voedingswaarde is erg laag waardoor je honger houdt en de meeste ingrediënten kan ik amper uitspreken. 

Af en toe wat lekkers mag altijd, maar houdt het ook bij af en toe zodat je jouw gezonde gewicht makkelijker behoudt. Hiernaast wordt het extra lekker door het niet dagelijks te eten en geniet je er dan extra van. Of juist niet meer, omdat je smaakpapillen eindelijk gewend zijn aan de smaken van echt voedsel en niet meer overweldigd worden door de extreme,  maar oh zo goed verkopende combinatie van suiker, vet en zout.

Lees ook Geraffineerd en ongeraffineerd eens door.

Lees meer over dit onderwerp in: Salt, Sugar, Fat en Hooked van Michael Moss

 

Visceraal vet

visceraal vet

Visceraal vet, beter bekend als buikvet en orgaanvet, is het vet dat zich, ter bescherming, om de organen bevindt in de romp en in de buik.
Visceraal vet heeft een slechte naam en dat is helaas niet voor niks.
Het grote probleem van visceraal vet is namelijk dat het kan gaan opstapelen tussen en ook in je organen waardoor deze minder goed kunnen werken.
Doordat het intern zit en je het niet als het zichtbare subcutane vet kan vastpakken, kan dit heel langzaam opbouwen en vage klachten geven zonder het duidelijk zichtbaar is hoeveel je ervan hebt.
Zo kan iemand met veel zichtbaar lichaamsvet een lage viscerale vetwaarde hebben en iemand met weinig zichtbaar lichaamsvet een hoge viscerale vetwaarde.
Zo’n 25% van de bevolking met een gezond vetpercentage heeft alsnog teveel orgaanvet en als je morbide obesitas hebt kan dit zelfs oplopen 80%!.

 

In de plaatjes hieronder kun je zien hoe het eruit ziet.

buikvet visceraal vet
Visceraal vet
Klik op het plaatje voor een grotere versie.

De beste manier om de viscerale vetwaarde te bepalen is met een CT scan en ook DEXA scans zijn behoorlijk nauwkeurig, maar dit is uiteraard erg duur en niet te doen. Gelukkig kunnen sommige bio-impendantie weegschalen (zoals de mijne) dit ook. Dit kan uiteraard nooit zo nauwkeurig als een medische scan, maar het geeft je wel een goed idee van hoe het ermee staat.
De taille meting is ook een behoorlijk goede aanduiding. Voor vrouwen is het belangrijk om deze onder de 80 cm te houden en voor mannen onder de 94 cm.

Voor visceraal vet geven de meeste weegschalen een waarde waarvan het belangrijk is om het volgende te onthouden: minder dan 12, en het liefst minder dan 6, geeft aan dat je een gezonde viscerale vetwaarde hebt en erboven is teveel.
Dan geeft het namelijk een flink vergrootte kans op verschillende gezondheidsproblemen (zie ook metabool syndroom) doordat je organen, zoals ik net al schreef, dus verdrukt worden en het ook in de organen gaat zitten waardoor ze minder goed kunnen functioneren. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een slecht lopende motor die helemaal vol zit met prut en al jaren niet goed gesmeerd kan worden…
Hierdoor kan je bijvoorbeeld kortademig worden als je obesitas hebt, omdat je niet alleen extra gewicht mee moeten slepen, maar ook omdat de longen minder de ruimte hebben door het vet. Je lever kan door het vervetten ook bijvoorbeeld minder goed z’n ontgiftende functie uitvoeren en hetzelfde gebeurt met je alvleesklier waardoor er vaak al snel Diabetes Type 2 ontstaat.
Visceraal vet produceert ook verschillende stofjes zoals vetzuren, hormonen en ontstekingseiwitten welke ook nog eens de kans op hart- en vaatziekten, hoge bloeddruk, Diabetes Type 2 en een hoog cholesterol vergroten.

Als je waarde te hoog is dan is het belangrijk om je leefstijl te verbeteren door gezonder te gaan eten met niet teveel zout, toegevoegde suikers en alcohol, meer te gaan bewegen, maar ook door voor voldoende rust te zorgen. Het viscerale vet wordt dan vanzelf minder en je zult merken dat je je veel beter gaat voelen.
Crashdiëten werken averechts dus lijn verstandig.
Kom je er zelf niet uit? Maak dan vandaag nog een afspraak voor persoonlijke (online) begeleiding of een Voedingsconsult. Vooral mijn Valorieën methode is een zeer efficiënte manier om je viscerale vet snel te verminderen, omdat het eerst focust op je lichaam gezonder maken door vooral het viscerale vet te verbranden en dan pas het subcutane vet.
Je bent altijd welkom voor Meten is weten om te kijken hoe het met jouw viscerale vet zit voordat je de beslissing maakt om de begeleiding te starten.

Leestip: Vet belangrijk
Luister ook naar: Welvaartsziekten deel 1: insulineresistentie en hart- en vaatziekten en Welvaartsziekten deel 2: overgewicht en obesitas en kanker.